De zesde editie van de Bianchi Rally "revival" werd gecombineerd met een echte snelheidswedstrijd, maar de voorliefde van de Bianchi voor historische rallysport bleek ook uit het startveld van de nationale manche. De wedstrijd telde immers voor de eerste keer mee voor het Yokohama Belgian Historic Rally Championship en voor het BFO-BRC Criterium.
De moderne wagens kregen het gezelschap van Ford Escorts, Porsches 911 en Opel Manta's. Het leverde een gevarieerd startveld op en het wedstrijdverloop was meer dan verrassend. In totaal gingen 31 teams van start voor een wedstrijd over twaalf klassementsproeven, verdeeld in drie lussen van vier proeven in de buurt van Couvin. De deelnemers begonnen voorzichtig aan de wedstrijd, want vrijdagnacht had het geregend, waardoor de proeven onder de bomen erg verraderlijk bleken.
De snelste starter was Yanick Bodson, de gezellige caféhouder uit Bomal. Op de eerste proef reed hij met zijn Escort de leider in het Criterium, Franky Boulat, op 2"9. Na een klein foutje op KP 3 verloor Bodson wat terrein en helaas moest hij bij het begin van de tweede ronde definitief de strijd staken door een probleem met de alternator. Een andere Ford, die van Raphaël de Borman, nam het commando over. Met zijn snelle RS1800 zette de Borman de snelste tijden op de tabellen op KP's 3, 4, 5, 6,9 en 10. Met nog twee proeven te rijden, leek de Borman de wedstrijd definitief in handen te hebben, want hij had een mooie voorsprong van 22"4 op Franky Boulat. Maar, thuisrijder Anthony Raucroix had zijn laatste woord nog niet gesproken. De piloot uit Nismes was het best gewapend met een krachtige Toyota Celica GT-Four uit de ateliers van DMS, maar hij begon erg nerveus aan de wedstrijd. "Ik heb mezelf teveel onder druk gezet voor de start, waardoor ik verkrampt reed in de openingsfase. Pas halfweg de wedstrijd kwam ik los," vertelde Raucroix, die met een kanontijd op de rondkoers in zijn woonplaats terug aan de leiding kwam met 3"6 voorsprong op de Borman en 19"5 op Boulat. De champagne werd al koud gezet...
Maar, De Borman zette zich nog een laatste keer schrap op de slotproef, waar hij 5"4 sneller bleek dan de Toyota-rijder: "Ik verloor op de rondkoers nogal wat tijd in het stof achter een tragere deelnemer. Ik heb op de laatste proef alles uit de kast gehaald. Wat een zege!," lachte de Escort-piloot, die de manche van het Belgisch Historic-kampioenschap wist te winnen.
Anthony Raucroix werd tweede algemeen, maar won wel de strijd in het Criterium, voor Franky Boulat, die zich niet op liet jagen door de Toyota-piloot: "Ik moest hier absoluut finishen om punten te scoren voor het Criterium. Op dit snelle en technische parcours heb ik me geamuseerd, maar ik heb geen risico's genomen om Raucroix nog te passeren. Helaas volstaat dit resultaat net niet om zeker te zijn van de titel."
Bjorn Renier verstevigde zijn tweede plaats in het Criterium met een twaalfde plaats algemeen. Opdracht volbracht voor de Clio-piloot: "We hebben een schitterende zaak gedaan en de tweede plaats in het Criterium is een feit."
Hubert Deferm werd vierde algemeen met zijn BMW M3, ondanks een schuiver na de finish van de achtste klassementsproef: "Ik dacht dat de laatste bocht op onverhard vol gas genomen kon worden. Dat lukte ook, maar de bocht erna haalde ik niet meer... Met enkel een afgerukte voorbumper kwamen we er nog goed vanaf. De koeling was met dit warm weer beter zonder bumper..."
Christophe Jacob sloot de top 5 af, met een tweede plaats in Historic, nadat hij in de eerste ronde veel tijd verloor door een kapotte intercom en een lekke band. Christophe Kerkhove deed de beste zaak in Historic, want met de derde plaats rukt Kerkhove opnieuw op naar de leiding in het kampioenschap: "Mijn twee rechtstreekse concurrenten, Debyser en Mylleville, haalden de finish niet. Zelf begon ik eerder voorzichtig aan de wedstrijd, want het parcours maakte indruk. Het gaat hier zo hard! Je moet heel veel vertrouwen hebben in je nota's om hier toptijden te kunnen rijden."
Chris Debyser (transmissie) en Patrick Mylleville (van de baan) moesten opgeven. Ook Jacques Evrard ging in de eerste ronde al van de baan, net als Christophe Devleeschauwer met zijn Peugeot 206 Super 1600. Frédéric Denis brak de versnellingsbak, terwijl Patrick Albert en René Beyers opgeschrikt werden door een brandje in hun Porsche. Patrick Deblauwe, die kwam testen met het oog op een deelname aan de Tour de Corse, ging op dezelfde plaats als Mylleville van de baan.
De piloten waren het over één ding eens: het parcours van deze Bianchi Rally was fabuleus en werd door velen zelfs omschreven als moeilijker dan dat van de East Belgian Rally. De Motor Union Bianchi daagt de piloten al uit om volgend jaar aan de start te verschijnen van deze klassieker.